De Wet open overheid is de opvolger van de Wet openbaarheid van bestuur en is een belangrijke wet als het gaat om het functioneren van de overheid. Het spanningsveld tussen de noodzaak van een transparant optredende overheid en de wens om enige mate van vertrouwelijkheid te borgen, is continu voelbaar bij het toepassen van de regels.
Hoewel de Woo deels overeenkomt met de Wob, is het nieuwe kader op bepaalde onderdelen cruciaal anders. Soms zeer duidelijk, als het gaat om het bieden van minder bescherming aan de in het intern beraad gedeelde persoonlijke beleidsopvattingen. Soms meer subtiel, waar het spreekt van een zorgplicht tot het goed geordend bewaren van documenten.
In Praktijkboek open overheid wordt de Woo – en daarmee samenhangende wetgeving – besproken vanuit het perspectief van hen die er in de dagelijkse praktijk mee moeten werken. Dat zijn niet alleen de afhandelaars van Woo-verzoeken. Het raakt immers ook de verzoeker zelf, de derde-belanghebbende waarover de informatie gaat, maar ook leden van bezwaarcommissies, rechtscolleges en de volksvertegenwoordigers. Voor al deze actoren die op een of andere manier te maken krijgen met vraagstukken die onder de noemer ‘de transparante overheid’ zijn te scharen, is dit praktijkboek van belang.
Open overheid wetgeving
De Wet open overheid is op 1 mei 2022 in werking getreden. In de nasleep van de Kinderopvangtoeslagenaffaire is in toenemende mate een roep om een transparante overheid. Tegelijkertijd vragen bedrijfsbelangen of de belangen van personen (privacy) juist om een zekere terughoudendheid als het om transparantie gaat. Dit praktijkboek geeft uitleg over deze en andere actuele vraagstukken.
Praktijkboek open overheid uit de serie Staats- en Bestuursrecht Praktijk is van grote waarde voor juristen die werkzaam zijn bij de overheid, in de rechtspraak en bij bedrijven. De titel is daarnaast ook zeer interessant voor journalisten en anderen die informatie van de overheid willen ontvangen.